Kristalbadtriathlon: lekker sporten in het bos

Sporten in het bos is heerlijk. Het is een privilege wat je als stadsbewoner niet vaak meemaakt. Alleen al daarom is een reisje naar Apeldoorn voor de Kristalbadtriathlon gerechtvaardigd. Bij het naderen van het Kristalbad – naar verluidt vernoemd naar de temperatuur van het water, ijskristallenkoud – ademde ik de eerste snuif boslucht in en voelde dat het goed was. Dit zou een mooi dagje sporten worden.

De weersvoorspellingen zeiden de hele week al dat het een regenachtige dag zou worden. Zaterdagochtend was het inderdaad druilerig; in de fietsrit vanaf het station had ik de eerste bui alweer te pakken. Maar regen tijdens een wedstrijd vind ik nooit zo erg. Afgezien van de beruchte UT Triathlon van 2005, waar vooral teamgenoot Martijn Keijsers en ik als twee onderkoelde vogeltjes over de finish strompelden, en natuurlijk afgezien van het wetsuitloze Stein van dit jaar, gaan mijn wedstrijden in de regen vaak juist goed. Zo ook vorig jaar in Apeldoorn, toen ik de op de 1/8 startte en er zowaar niemand sneller was. Dit jaar ging ik voor de kwart, “mijn” afstand waar ik vorig jaar nog niet goed toe in staat was door een restje blessureleed.

Het vooraf bestuderen van de deelnemerslijst en uitslagen van vorige jaren had mij de kennis opgeleverd dat Klaus Schlüter en Tino van Garderen de voornaamste mannen waren om rekening mee te houden. Van Garderen won deze wedstrijd in het verleden al een paar keer. Schlüter was vorig jaar derde en had toen erg snel gezwommen (onder de 13 minuten) en ook hard gefietst (1:04:47). Zijn lopen was toen niet top, dus daar zou ik hem moeten pakken. De altijd gevaarlijke gebroeders Scheltinga, die vorig jaar samen met Schlüter het podium bevolkten, zouden er dit jaar niet bij zijn.

De feiten in Apeldoorn:

  • 1000m zwemmen in een 50-meter-openluchtbad
  • 40km fietsen over een heuvelachtig parcours, 4 ronden
  • 10km lopen over een heuvelachtig en onverhard parcours, 4 ronden

In tegenstelling tot wat vooraf was aangekondigd mocht er in het 50-meterbad wél met wetsuit gezwommen worden. Goed nieuws voor een mager mannetje en relatief mindere zwemmer als mijzelf. In mijn baan waren de verwachte zwemtijden divers: 18, 19, 16, 15 minuten werden allemaal geroepen. Met mijn verwachte 13:30 vond niemand het een probleem als ik aan de linkerbuitenkant van de baan startte. Prettig. Het zwemmen ging zoals verwacht, en na menige soepele inhaalactie manifesteerde mijn intentie zich: na 13:30 tikte ik aan. De volgende keer zeg ik dat ik 12 rond verwacht, wie weet werkt het!

Ploeteren met neopreen

Wissel 1 was niet helemaal wat ik ervan hoopte. Te lang bleef mijn wetsuit om mijn kuiten geklemd. Toen ik hem helemaal afgepeld had, snel mijn witte Spiuk op mijn kop en knallen maar. In de uitslagen zag ik dat ik wel de snelste wissel had gehad, maar er vallen nog zeker wat seconden te winnen.

Als een van de weinige wedstrijden in Nederland heeft Apeldoorn een flink heuvelachtig parcours, en daar word je bij het opstappen op de fiets onmiddellijk mee geconfronteerd. Het gaat gelijk omhoog voor +- 1km klimmen. De eerste ronde ging de klim nog erg soepel en kon ik de teller meestal boven de 30 houden.

Vorig jaar had ik op de 1/8 de meeste tijd gewonnen op de 20km fietsen, net onder de 32 minuten. Daarna had ik dezelfde afstand nog eens in een trio gefietst, en daar bijna dezelfde tijd gereden. Het plan voor de kwart was om ditzelfde te doen zonder pauze, om rond de 1:04 uit te komen.

Zoals menige wedstrijd was het fietsparcours al vol met fietsers uit andere series, en later ook met fietsers die ik een ronde had ingehaald. Als je wilt weten of je daadwerkelijk iemand inhaalt in jouw wedstrijd, moet je dus heel goed opletten. Aan het begin van ronde 2 haalde ik iemand in die er behoorlijk snel uit zag, met tijdrithelm en afgetekende kuitspieren. Later bleek dit snelzwemmer Bob de Vries te zijn die het zwembad al na 12:38 verlaten had. Aan de kant riep iemand iets wat ik verstond als “3e en 4e, op 2 minuten”. 2 minuten, en dat terwijl ik niet slecht had gezwommen en de eerste fietsronde echt wel had doorgefietst. Zou Klaus dan echt zó hard gaan? En wie zit er dan nog meer voor? Tino?

Tijdens het verdere fietsonderdeel kwam er regelmatig een motor langs. Altijd prettig en motiverend, zeker als de motor net een paar kilometer per uur harder rijdt dan jij op dat moment doet. De persoon achterop de motor probeerde mij af en toe iets duidelijk te maken met handsignalen en woorden. De woorden klonken als “Mbbwl wwmm hum! Lll hmmmhum hmwwwbm!” en zo verder. Hierdoor bleven signalen als 2 opgestoken vingers multi-interpretabel. Lig ik tweede? Lig ik 2 minuten voor? Lig ik 2 minuten achter? Moet ik nog 2 rondjes? Desalniettemin was het goed om te weten dat er iemand oplette of ik nog goed bezig was en zag hij er enthousiast uit. Het signaal van de opgestoken duim kende maar een interpretatie.

Achtervolger Frank

Het stuk dat je aan het begin van de ronde opklom, daalde je aan het einde van de ronde met ongeveer de dubbele snelheid weer af. Na een keerpunt kon je weer omhoog en kon je aan de andere kant van de weg mooi zien wie er achter je zitten. Ik zag dat Frank de Graaf, clubgenoot van De Dolfijn, niet ver achter me zat, en dat ik ook niet echt op hem uitliep.

In de laatste ronde ging het allemaal wat moeilijker. Ik zat nog op schema voor mijn 1:04, maar het lukte allemaal net wat minder goed om dezelfde tempo’s vol te houden. Blij toe dat ik er was. Bij het binnengaan van het parc fermé zei iemand “Je ligt 2e”. Na weer een niet helemaal optimale wissel denderde ik het parc fermé uit en werd me toch verteld:
“Je ligt voorop, op 2 ½ minuut!”
-“Maar net zei iemand dat ik 2e lag!”
“Nou je hebt een voorfietser, dus je ligt echt eerste!”

En warempel, daar stond iemand met een geel hesje op een ATB klaar om voor mij de weg vrij te maken. Wat een eer! Wat een vreugde! Ik lag echt voorop. Rennen maar, en hopen dat mijn nieuwste gevoelige plek, mijn rechterachillespees, zich net zo goed hield als de afgelopen twee weken.

Zeer gewaardeerde voorfietser

De eerste ronde werkte ik af in 9:50. Het parcours in Apeldoorn is in ieder geval zwaarder, en misschien ook iets langer dan de meeste parcoursen van 10km, waardoor de snelste tijd meestal in de orde van 38-40 minuten ligt. Gezien mijn tijd van iets boven de 20 op de 1/8 vorig jaar, mikte ik voor de kwart op rond de 40. Met 9:50 zat ik goed op schema dus.

Het was enorm prettig om achter de voorfietser aan te lopen. Je hoeft niet op te letten of je wel goed loopt. Hij vraagt iedereen om op zij te gaan. En hij hield zelfs mijn rondetijden bij (“Weer 9:50, mooi stabiel!”) en hield in de gaten of er niemand v
an achteren aankwam. Vanaf de zijlijn kwam behalve aanmoedigingen, waarvoor veel dank, ook af en toe informatie over mijn positie. Nog steeds was het 2 minuten en er kon weinig meer misgaan.

Ook bij het lopen werd het in de laatste ronde zwaar; ik kon mijn middenvoetlanding niet meer volhouden en zakte terug in een haklanding. Even doorbijten en op de helft van de laatste ronde wist ik het zeker. Een brede glimlach kon ik niet langer verhullen. Ik ging deze wedstrijd winnen.

Nog één keer langs de grote plas, en deze keer er midden doorheen (waarom had ik dat eerder niet gedaan?). Het voetpad op over het zwembadterrein. Nog een keer de Championchip-mat over die de rondetijd registreerde. “Rechts houden, leider in de wedstrijd” riep de voorfietser de andere deelnemers toe. Ik zette een soort van eindsprint in voor het aanloopstuk naar de finish. De glimlach op mijn gezicht zat inmiddels aan beide kanten tot ruim voorbij mijn oren. Een klopje op de rug van de fietser, dankjewel! En daar was hij dan, de finishlijn van de eerste triathlon waarin ik het hoofdnummer won. Ik sprintte erover en was gelukkig.

Ik ging op de grond zitten en de vermoeidheid, de emotie, het toeleven naar dit moment, kwamen er in een keer uit. “Het was zeker zwaar he”, zei een dame die mijn abominabele toestand aanzag en me maande om op een stoel te gaan zitten. “Anders koel je teveel af”. Er wordt altijd goed voor je gezorgd als je een zelfverkozen lijdensweg hebt ondergaan.

Na iets meer dan een minuut kwam Frank over de finish. Wow, zat hij zo dicht achter me? Op de club had ik hem slecht sporadisch meegemaakt en wel gehoord dat hij goed bezig was dit jaar. Maar dat hij zo dicht bij me zat wist ik niet. Het rustig nakeuvelen nam een aanvang. En het bleef stil, en het bleef stil… tot 8 minuten daarna de nummer 3 over de streep kwam: Peter Eshuis, die vorig jaar het derde treetje bij de 1/8 bezette.

Achteraf bleken Klaus Schlüter en Tino van Garderen niet gestart te zijn. Geen zin in nattigheid? Gelukkig is er altijd de statistiek om jezelf mee te vergelijken. Met mijn tijd van 2:01:16 zou ik vorig jaar tweede geweest zijn, en in de jaren daarvoor was de winnende tijd ook steeds rond de 2 uur. Natuurlijk kun je twee jaren nooit compleet vergelijken, de omstandigheden zijn nooit identiek en ik meen ook dat het loopparcours niet 100% hetzelfde was. Maar een slechte tijd was het zeker niet.


Dat was het dan, het triathlonseizoen 2009, het eerste sinds 2006 waarin ik weer echt kon meedoen. Ronduit genieten was het. Af en toe geblesseerd raken is niet zo erg, want daarna waardeer je het des te meer dat je weer kunt sporten. En helemaal als dat ook nog een beetje goed gaat.

Nu is de tijd van rustmaanden, binnen zweten op de Tacx, chocolademelk drinken en pepernoten eten aangebroken. Dit najaar zal ik vast nog wel wat monosportevenementjes meepakken en er wat ervaringen van op digitaal papier zetten. Zo lang ze maar niet allemaal van dezelfde soort zijn, is dat op een blog met de naam Multitof nog wel gerechtvaardigd, dunkt me.

Artikel op Triathlonweb
Teletekst pagina 658


Naam Z W1 F W2 L Totaal
1 Aron van Ammers 00:13:47 00:01:16 01:04:47 00:01:10 00:40:17 02:01:16
2 Frank de Graaf 00:15:28 00:01:18 01:05:10 00:01:26 00:39:13 02:02:33
3 Peter Eshuis 00:14:12 00:01:34 01:10:12 00:01:44 00:42:25 02:10:05
4 Fré Adema 00:15:56 00:01:31 01:08:44 00:01:14 00:44:15 02:11:38
5 Rob Mulders 00:17:51 00:01:37 01:11:05 00:01:26 00:41:36 02:13:33
6 Lennart Middel 00:15:37 00:01:50 01:09:16 00:01:43 00:45:23 02:13:46
7 Martin van den Berg 00:15:19 00:01:20 01:11:28 00:01:25 00:45:55 02:15:25
8 Erik Elbers 00:15:57 00:01:26 01:14:24 00:01:22 00:42:33 02:15:40
9 Willem Eikelboom 00:17:39 00:01:58 01:10:51 00:01:27 00:44:34 02:16:27
10 Ronny Angelier 00:15:23 00:02:13 01:10:30 00:01:27 00:47:19 02:16:50

Volledige uitslagen

Foto’s met dank aan Wim Derksen.