Het is koud. Broeikaseffect, ieder jaar weer warmterecords, maar voor een dag in mei is deze ochtend echt koud. Vandaag gaan we los.
Vóór 10 uur moet mijn racepaard de stal in. Ik neem mijn tijd, in de rij staan kan altijd nog. Oefeningen, rondjes op de atletiekbaan, rustig en hard. Hard is 75′ zonder al te veel moeite. Zo hoort het. Om 9:58 klop ik aan bij de jury.
“Je stuur staat echt te veel naar voren, Aron”. Bevriend jurylid Daan, in functie streng zoals jury hoort te zijn. Het is niet meer dan 5mm, maar hij heeft wel gelijk. Even pielen met een inbus en mijn ligstuur steekt geen millimeter meer voor de remhendels uit. Regels zijn regels. Ik mag nog naar binnen.
10:31. Alles is voorbereid. Ik heb dit al zo vaak gedaan. Maar vandaag moet het harder, het is tenslotte de Eredivisie. Het zwemmen gaat tegenvallen, het fietsen zal hard gaan, het lopen zal zwaar zijn. Dat is hoe het altijd gaat. Self-fullfilling prophecy? Achteraf zeker.
10:32. Pang. Zigzag zeven banen zwemmen. Het voelt krachtig, maar de klok zegt anders. Voor ik aantik zijn Cornelis Scheltinga en Jarrich van Woersem over mij en elkaar heen gezwommen. Dat flutstukje zwemmen hebben we in ieder geval gehad.
Fietsen. Knallen. Het gaat hard, maar ik kom niet bij ze weg. Jarrich rijdt voor me en ik heb niet de fut om erlangs te gaan. Twee rondjes gehad. Schoenen los. Afstappen. Au, mijn voeten zijn gevoelloos. Als een bejaarde strompel ik het parc fermé door, terwijl beide jonge honden me in hoog tempo passeren. Die ga ik niet meer tegenkomen.
Lopen. Ik probeer tempo te maken. Het lukt een beetje. In de verte verdwijnen de twee uit zicht. Tegen het einde hoor ik voetstappen. Het is Martijn Keijsers, met wie ik al jaren probeer weer eens een battle te organiseren. Maar gepasseerd worden op een tempo wat ik ook zou moeten kunnen lopen, dat was niet hoe ik het me had voorgesteld. En hij ook niet.
Ik stap over de finish en kan nog praten. 23:13, een dikke halve minuut langzamer dan vorig jaar. Dit was niet goed.
Samen met de tijden van teamies Wilbert Grooters, Gosse Beerda en invaller Hans-Peter Ligthart brengt het ons op een zestiende plaats na de ochtend. Dat is nog net geen degradatieniveau. Even slikken, we hadden het ons anders voorgesteld. De volgende teams zitten zo ongeveer 1 en 2 minuten voor ons. Moge de jacht beginnen.
Tijd voor een paar uurtjes gezelligheid, koffie, opwarmoefeningen en stampende muziek op de koptelefoon. Dan ben ik er wél echt klaar voor: met zijn drieën een 1/8 triathlon afraffelen tot we erbij neervallen.
15:32: pang! Hard gestart met zwemmen, ik bleek het toch nog te kunnen. Gosse stelde zijn PR op de 200m scherper met af en toe een duwtje van Wilbert. Check de video!
Iets rustiger hebben we de 475m afgemaakt en binnen de 7 minuten klommen we het bad uit. Boven verwachting. Hard het parc fermé door en op de fiets en… en… ah, daar zijn ze. Laten we zeggen dat er op de gezamenlijke wissel nog tijd te winnen valt.
Het fietsen was simpelweg mooi. Ook met drie man is het prachtig rondjes rijden over de campus. Het ging vanouds hard. En waar ik in team Aloha Banana altijd de minste bochten reed, moest nu steeds na de bocht even het gas eraf om te hergroeperen. Dat is weer eens een ander perspectief.
Voor mijn nieuwe Stevens SLR was dit het wedstrijddebuut. Hij was er van te voren erg zenuwachtig over, de hele week heeft hij het erover gehad, maar ik heb hem gelukkig kunnen mededelen dat hij met vlag en wimpel is geslaagd.
Wissel 2 was prima. Op het loopparcours stuift Wilbert enthousiast weg, Gosse en ik volgen. Dit tempo blijkt iets te hoog gegrepen voor hem, dus het is tijd om onze krachten beter te verdelen en Wilbert beurtelings te duwen.
Hardlopen is diep gaan. Het gevoel dat je het voor een gezamenlijk doel doet, stelt je in staat om nog net iets dieper te gaan. En dat deden we. Gaan, blijven gaan, ook als het pijn doet, ook als je denkt dat je niet meer kan.
Op de fiets hadden we onze Arnhemse voorgangers in het klassement al benaderd, en in de laatste loopronde kwamen ze echt binnen bereik. Het werd een eindsprint. Die eindigde met het trekken van moeilijke en blije gezichten…
… en vervolgens gaan liggen, om voorlopig niet meer overeind komen. Dit was heftig. Het mag dan een strijd zijn om een plek in de achterhoede, maar om tot het uiterste te gaan en die dan wel te winnen, was een prachtige ervaring. Voor mij persoonlijk maakte alleen al dat moment de hele dag goed.
Als toetje een compilatievideo. Met veel dank aan HP, die in de middag bij het tweede Dolfijnteam startte en daarna gefilmd en gemonteerd heeft.
Uiteindelijk dus een 15e plaats voor Team Dolfijn. Zeker niet het “linkerrijtje”, maar wel een aardige basis om de komende wedstrijden mee in te gaan. We zijn eredivisiemateriaal.
Op naar het NK Sprint in Groningen, 17 juni!