Zaterdagavond 14 juni startte ik voor de vierde keer bij een stayerwedstrijd in Stein, dit keer het NK over de Olympische afstand. De keren hiervoor waren geen onverdeeld succes voor mij. In “gewone†wedstrijden, waarbij er op de fiets niet gestayerd mag worden, doe ik vaak aardig mee voorin. Bij het zwemmen verlies ik een paar minuten op de kop van de wedstrijd. Op de fiets pak ik een paar minuten terug, en bij het lopen haal ik ook nog wat mensen in.
Bij een stayerwedstrijd ligt dat anders. Omdat er in groepen gefietst wordt, is het heel bepalend voor je wedstrijd in welke fietsgroep je zit. Zwem je slecht, dan zit je in een mindere fietsgroep, of zelfs helemaal geen fietsgroep als het tegen zit. Daarnaast zijn de regels over wetsuits strenger: als het water warmer is dan 20 graden, mag je al geen wetsuit meer aan. Ook daar ben ik in het nadeel aangezien ik het ook bij een zomerse buitentemperatuur al snel zo koud krijg dat ik nauwelijks meer vooruit kom. De vorige keren dat ik aan stayerwedstrijden meedeed, eindigde ik dan ook altijd roemloos achterin. Hoewel het meedoen op zich ook wel iets had, waren het over het algemeen tamelijk frustrende ervaringen.
Desalniettemin zijn stayerwedstrijden gaaf. Het fietsen in groepen is mooi als er goed wordt samengewerkt, en het niveau ligt veel hoger dan bij een gemiddelde Nederlandse wedstrijd. En misschien gaat dit jaar het zwemmen wel beter? Dus hup, ik had me weer ingeschreven voor het NK!
Het weer was dit jaar stukken minder dan wat we gewend zijn van Stein. Op de een of andere manier is het in het Stein-weekend altijd tropisch warm en zonnig. Maar niet dit jaar. ’s Middags regen en de temperatuur kwam niet boven de 18 graden. Toen wij om 18:15 startten was het ronduit fris. Gezien mijn eerdere ervaringen met de kou had ik maatregelen genomen: niet één, niet twee maar drie badmutsen over elkaar aan, goed over mijn voorhoofd getrokken. Al mijn ledematen had ik voorzien van een dikke laag vaseline. Laat maar komen die kou!
De start. Er zijn altijd twee startlijnen, maar in de praktijk komt het erop neer dat de wedstrijd los gaat als de eerste lijn omhoog gaat. Ik begon iets rustiger dan anders, om me in ieder geval niet in de eerste zwemronde op te blazen. Het voelde goed in het water, comfortabel warm. Mijn voorbereidingen hielpen! Dacht ik. Ik kon vrij gemakkelijk in een grote groep meezwemmen. Na ronde 1 van 2 zat ik er goed bij. Even de kant op, het horloge zei 11:40. Vorig jaar zwom ik totaal 25:15, dan is dit een prima tussentijd.
Hup, het water weer in. Vanaf toen werd het minder. De groep nam wat afstand (ik zakte terug). En het water werd kouder (ik begon af te koelen). Ik zette aan om weer terug te komen bij de groep. Ik kwam niet dichterbij, maar mijn armen werden wel moeier, en kouder. Het laatste stuk was puur afzien. In 25:40 tikte ik aan. Een verval van 2:20. Te veel. In een net iets te leeg parc fermé pakte ik in rap tempo mijn fiets. Dit was het moment waar ik naar uit had gezien: eindelijk het koude water uit, nu kon ik me warm fietsen!
Helaas gebeurde dat bij deze lage buitentemperatuur maar heel langzaam. Ik pikte wat mensen op en er vormde zich een groepje. Ik deed veel kopwerk, maar echt hard ging het nog niet. Het gevoel van kou overheerste. In ronde 2 werden we al gedubbeld door de kopgroep. Jammerlijk, vorig jaar was het gelukt ze voor te blijven. Er kwam nog 3 man van achteren met Marco Vernooij daarbij; mooi, die kan ook doorfietsen. Maar ik had nog steeds kippenvel, stijve kaken en kon nauwelijks een woord uitbrengen van de kou. Pas in ronde 4 begon het weer een beetje comfortabel te voelen en harder te gaan. Na de ervaringen van vorige week was ik zo verstandig geweest 2 gelletjes te nuttigen op de fiets (bedankt Jason). Na een tevreden stemmende wissel begon ik dus met genoeg brandstof aan het lopen.
Marco begon voortvarend en liep direct wat bij me weg. Wat gaan we nou beleven Marco, ga jij me hier kloppen? Bij het keerpunt zag ik dat Ferdinand Oldeman, Thilo Varenhout en coming man Jan-Roelf Heerssema nog voor me zaten. Toch mensen die ik zou moeten kunnen verslaan. Zij hadden de zwemgroep dus wel gehouden… Doorlopen maar en zien wie ik nog kon pakken.
Het lopen bleef goed gaan, onder vele aanmoedigingen, dank iedereen! Goed genoeg om Marco en Ferdinand in te lijven, en zelfs om even bij topper Evert Scheltinga aan te klampen toen die me dubbelde. Maar niet genoeg voor Thilo en Jan-Roelf. Looptijd 36-hoog. Daar ben ik blij mee, hoewel het lopen waarschijnlijk te kort was. 40ste overall en 35e op het NK.
Maar toen ik over de finish kwam, overheerste frustratie en een gevoel van verliezen. Weer hetzelfde. Hoe ga ik hier ooit echt goed mee kunnen doen? Zelfs als het water echt 20.1 graden was geweest toen wij erin lagen (waar ik serieus aan twijfel), was het voor mij dus gewoon te koud. Ondanks alles wat ik eraan gedaan had.
Het is net met wat voor doelen en verwachtingen je aan een wedstrijd begint. Als dit mijn eerste stayerwedstrijd was geweest, had ik het misschien fantastisch gevonden. En vorig jaar, toen ik door een blessure niet kon lopen en er met Jetse Scholma en Bart van der Wal een feestje van maakte door op elkaar te wachten en samen te fietsen, voelde dat heel anders, hoewel de prestatie nu ongeveer gelijk was.
Ik heb al uitgesproken dat deze wedstrijd voor mij volgend jaar zo niet meer hoeft, hoe gaaf het ook is om aan een NK mee te doen. Of ik dan echt niet meedoe, zie ik volgend jaar wel. In ieder geval niet met dezelfde verwachtingen. Als iemand nog tips heeft hoe iemand met 5% vet zonder wetsuit toch warm kan blijven in zulk koud water dan zijn die zeer welkom!
Op 12 juli duik ik weer het water in voor de OD in Utrecht. En in september voor de kwart in Apeldoorn. Lekker met wetsuit zwemmen, in Apeldoorn zelfs in het zwembad. Ik heb er zin in!
One thought on “NK Olympische afstand Stein: kleumen in de achterhoede”