Eredivisie Sprint Stein: het trauma voorbij

Beste lezer, ik heb iets met u te delen. Ik was sportief getraumatiseerd. Getraumatiseerd voor zover daar sprake van kan zijn in het leven van een gezonde hobbysporter. Er was sprake van klein sub-sub-subtoppersleed, van herinneringen aan ervaringen uit het verleden die me beperkten in het heden, van een negatieve spiraal van gedachten. Die spiraal draaide om “stayerwedstrijden” en “Stein”.

Drie keer finishte ik in een stayerwedstrijd in Stein. Drie keer was het een deceptie, de ene nog dieper dan de andere. Het water was koud maar wetsuits bleven ongebruikt, het atletenveld was klein en zwom veel sneller dan ik, de laatste fietsgroep draaide haar rondjes ver voor mij, in de marge van de marge ging ik diep voor een bij voorbaat al vruchteloze race.

Startnummer 1 schept verplichtingen

De wedstrijd in Groningen vorige week had een deel van die emotionele schrammen al geheeld. Maar de aanblik van het water in de haven van Stein maakte nog wel wat los. Dus in de voorbereiding haalde ik alles uit de kast: parcoursverkenning, visualisatie, powernap, goed eten, warmlopen. Het feit dat ik om onbekende redenen met startnummer 1 mag starten, vormt het laatste puntje onder het uitroepteken.

Het allesbepalende zwemmen voelde weer behoorlijk goed. Met beter manoeuvreren ontliep ik het grootste deel van de wasmachine die een zwemstart altijd is. Aan de uitslagen te zien ging het zelfs iets beter dan vorige week, maar de rest van het veld zat iets dichter bij elkaar. Samenvattend was mijn uitgangspositie op de fiets ongeveer hetzelfde als in Groningen.

Dus, Spelende Vrouw, wat had je daar geleerd en heb je er ook iets mee gedaan? Het belangrijkste was om als een dolle te vertrekken op de fiets, zonder al te veel aandacht te besteden aan het aantrekken van schoenen, tegenwind, kokhalsneigingen en welke negatieve emotie dan ook. Dat gaat vrij aardig. Maar wederom is de eerste echte groep te ver weg om erheen te soleren. Dus wordt het zaak om niet te veel krachten te verspillen en toch een aardige fietstijd neer te zetten.

De supporters genieten ook

Hier en daar pik ik wat mensen op en een groepje vormt zich om me heen. Ontsnappingspogingen worden ondernomen door de mannen in de groep die kunnen fietsen, maar stranden steeds halverwege het stuk tussen ons en de volgende groep. In het spectaculaire, bochtige stuk door het centrum van Stein blijkt dat de fietsers in mijn groep zonder uitzondering vierkante bochten rijden, wat de voortgang niet bespoedigt. Ook blijken er veel mensen langs de kant te staan die mijn naam roepen, dank daarvoor!

Dit mooie filmpje van HP Ligthart laat het mooi zien, eerst het zwemmen, dan het fietsen. Na 2:24 kom ik langs, dan mijn groepje 😉

Iedere keer dat ik na wat aanzetten de groep verlaten blijk te hebben, laat ik me weer afzakken. In de laatste fietsronde grijp ik mijn kans om nog wat seconden te pakken. Bij ingaan van het centrum neem ik de kop over en knal de bochten door op een tempo waarvan het goed is dat mijn moeder bij deze wedstrijd geen toeschouwer was. Ik ben ruimschoots los en rijd nog wat dicht op de groep voor me. Wederom kom ik een seconde of 10 op de groep voor me het parc fermé binnen. Maar nu mét reserves in de kuiten om nog een pittig stukje te lopen.

Met een mix van plezier en verbetenheid trippel ik de wisselzone uit. Hoog beentempo, lichtjes naar voren leunen, en nu wél power bij iedere stap. Dat werkt. Voor me lopen vier man van Triathlon Club Twente, allen bevriend of bekend. Prachtige doelen om naartoe te lopen.

Da fronz

Bij de doorgang langs de finish denk ik “Hee, ik heb een frons op mijn gezicht. Waarom heb ik een frons op mijn gezicht?” Precies dat moment bleek door Paul Bierman vakkundig op de gevoelige plaat vastgelegd. Die frons is er tijdens het lopen niet meer af gegaan. Ik ga hier mensen inhalen, dat is wat er hier gaat gebeuren.

In de afdaling ga ik met moordend tempo Jetse Scholma voorbij. Moordend, althans tijdelijk, voor zijn moraal in de wedstrijd, en moordend, althans tijdelijk, voor de spieren in mijn rechter bovenbeen. Maar ik ben er voorbij. In zicht zijn Willem Schreurs en Guido Gosselink, en in de verte Andries Koers, die wederom wél de volgende fietsgroep bereikt had. Stap voor stap kom ik dichterbij, en als ik drie van de vier groene pakjes gepasseerd ben, lijkt die vierde toch ook echt binnen bereik. Weer in de afdaling maak ik vaart en kom naast Andries. Samen beginnen we aan het laatste stuk richting finish. Ik loop iets weg, hij loopt iets weg. Dan de trap omhoog waarover de bedenker van het loopparcours zich talloze malen verkneukeld moet hebben. Ik sta geparkeerd, wat zeg ik, de handrem staat erop en dat is maar goed ook omdat ik anders achteruit was gegaan.

Met mijn laatste restje energie dribbel ik naar de finish. Ik finish seconden achter Andries, als 29ste. Met een brede glimlach.

Feitjes en dingetjes

Waar mijn wedstrijd en die van Bart een stuk beter waren dan vorige week, had Wilbert te kampen met een onwillige kuit en hiel. Jason verdedigde met verve de team-eer en eindigde ondanks dat hij de volgende dag óók de halve triathlon deed, ongeveer gelijk aan vorige week. Als team waren we uiteindelijk 14e, dus helaas geen stap vooruit in het klassement. Maar ook zeker geen stap achteruit.

29. Aron van Ammers – 1:09:09 – 65e zwemtijd, 22e fietstijd, 16e looptijd. Aandachtspunten voor de volgende wedstrijd, iemand?
40. Bart Rijborz – 1:10:46
61. Wilbert Grooters – 1:13:29
74. Jason van der Burgt – 1:16:29

Alle uitslagen

Mooie foto’s gemaakt door @cscheltinga:

Standen en verslag bij de Eredivisie

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *